British Museum negeert de woede van personeel over Israël-activiteit

British Museum negeert de woede van personeel over Israël-activiteit

Islamitische Activiteit in het British Museum en Reacties van Werknemers

Het British Museum negeerde de publieke verzoeken om excuses van medewerkers na een evenement op 13 mei ter gelegenheid van de 77e Onafhankelijkheidsdag van Israël. Dit speciale evenement werd georganiseerd door de Israëlische ambassade en onder de deelnemers waren de Israëlische ambassadeur in Engeland, Tzipi Hotovely, en de minister van Industrie en Voorzieningen van het ministerie van Defensie, Maria Eagle.

Er werd ook gerapporteerd dat de komiek Jimmy Carr, de leider van de Conservatieve Partij Kemi Badenoch en de leider van Reform UK Nigel Farage aanwezig waren op het evenement. Terwijl beelden van het evenement op sociale media werden verspreid, was de grote binnenplaats van het museum verlicht met blauwe lichten en versierd met Israëlische vlaggen. Echter, de museumwerknemers waren niet geïnformeerd over het evenement; hen werd alleen gevraagd om vroeg in de ochtend te vertrekken, met de opmerking dat het een “grote institutionele functie” betrof.

Reactie van Werknemers en Verzoek om Excuses

Sindsdien hebben werknemers gemeld dat het management geen excuses heeft aangeboden en niet heeft gereageerd op meerdere brieven. Een van deze brieven verzamelde 250 handtekeningen en vroeg het museum om “onmiddellijk een verklaring en publiekelijke excuses”. Werknemers gaven aan dat ze dachten dat het management wist wat het deed en dat er een grote reactie van medewerkers zou zijn.

Een werknemer genaamd Sara verklaarde dat ze enkele dagen voor het evenement van een collega had gehoord. Een andere werknemer, Lina, zei dat het evenement “echt verontrustend” was en dat veel werknemers, vooral moslimwerknemers, zich daarna onveilig voelden.

Antwoorden van het Management

De museumdirecteur Nicholas Cullinan gaf aan dat andere ambassades soortgelijke evenementen organiseerden terwijl hij het verzoek om het evenement evalueerde. Cullinan zei: “Ik ben me ervan bewust dat we als management niet transparant zijn geweest voorafgaand aan het evenement,” verwijzend naar de aanbevelingen van de politie voor beveiliging.

De voormalige minister van Financiën en voorzitter van het museum, George Osborne, benadrukte dat het museum in het belang van het publiek moest handelen en dat ze zich aan het buitenlands beleid van de regering moesten houden.

Zorgen van Werknemers en Gelijkheidsprincipes

Werknemers beschouwden de ontvangen antwoorden als “uiterst minachtend”. In de brieven werd opgemerkt dat het gedrag van het museum de ethische normen van zijn werknemers zou kunnen ondermijnen.

Een woordvoerder van het museum verklaarde dat het evenement in wezen een commercieel evenement was en dat het museum beslissingen had genomen om geen politieke kant te kiezen. Het werd opgemerkt dat de meningen van werknemers werden gewaardeerd, maar dat commerciële evenementen geen transparantie vereisten.

Conclusie en Oproep aan Lezers

Deze gebeurtenis in het British Museum heeft ertoe geleid dat museumwerknemers hun rechten, ethische waarden en veiligheid in twijfel stellen. We raden lezers aan om hun gedachten over dit onderwerp te delen of soortgelijke artikelen te lezen.

Voor meer informatie kunt u bronnen zoals Middle East Eye en de officiële website van het British Museum bekijken.

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *